Musea | 15 september 2021 | Geen reacties
Mijn museumtip van vandaag is Openluchtmuseum Het Hoogeland in het Groningse Warffum. Je gaat in dit museum terug naar het leven op het Groningse platteland van de 19e en begin 20e eeuw. Veel dingen zijn voor mij herkenning, omdat ik ze eerder gezien heb, ook in andere musea. Lees in deze blog waarom je dit openluchtmuseum op het Groningse platteland moet bezoeken.
Inhoudsopgave
Openluchtmuseum Het Hoogeland in Warffum is in 1959 opgericht als Stichting Landbouwkundig, Oudheidkundig, Kunstminnend Museum Het Hoogeland. Het doel was en is het verzamelen, bewaren en tentoonstellen van alles wat betrekking heeft op leven, wonen en werken van de Groninger plattelandsbevolking in vroeger tijd. In 1983 werd de stichting Monumenten Openluchtmuseum Het Hoogeland opgericht.
De naam van het openluchtmuseum is een verwijzing naar het Hogeland, het Noord-Groninger zeekleigebied en tegenwoordig ook de gemeente waarin Warffum ligt. De landbouw speelde hier een belangrijke rol. Openluchtmuseum Het Hoogeland toont de geschiedenis van een plattelandsdorp tot 1920. Je ziet hier naast huizen ook oude ambachten, winkels en een school.
De meeste gebouwen staan op de plaats waar ze vroeger werden gebouwd. Het museumterrein ligt op het hoogste punt van de wierde in het centrum van Warffum. In 1959 stonden hier tien woningen, twee schoolgebouwen en een stal. De meeste gebouwen van het openluchtmuseum staan op de plaats waar ze altijd hebben gestaan. Het museum is daarna verder uitgebreid met panden die van locaties in de omliggende regio afkomstig zijn. In totaal kun je nu 22 gebouwen bekijken. Je ziet hier een wierdendorp in zijn oorspronkelijke omgeving, omringd door akkers en met oude kerkpaden tussen de huizen, werkplaatsen en winkelpanden. Al voor je op het terrein van het museum bent, heb je, als je door de Hoofdstraat in Warffum loopt, een aantal huizen van de buitenkant gezien. Waarschijnlijk zonder dat je het beseft. De huizen van het museum gaan compleet op in het dorp. Openluchtmuseum Het Hoogeland ligt in het centrum van Warffum en als je niet weet dat de huisjes onderdeel zijn van het museum zou je het niet zeggen want ze passen tussen de andere huizen in het dorp.
De entree
Er zijn in Openluchtmuseum Het Hoogeland in Warffum 22 gebouwen, zoals huizen, winkels, scholen, een molen en werkplaatsen te zien. Als je de plattegrond, die je in bij de entree in het oude schoolgebouw krijgt, volgt kom je langs alle gebouwen. Op het terrein worden de verschillende gebouwen goed aangegeven met richtingaanwijzers.
De school is het eerste gebouw dat je bezoekt als je vanuit de entree doorloopt. Het klaslokaal is een lokaal van de openbare lagere school uit 1887. Het klaslokaal is ingericht zoals die ook in 1910-1920 was ingericht, met de bekende leesplank van Aap-Noot-Mies enz., schoolplaten over bijv. godsdienst, aardrijkskunde (een oude kaart van de provincie Groningen om de plaatsen te leren) en biologie, een telraam, ouderwetse schoolbanken, maar ook niet zo oud want één van de schoolbanken heeft veel van de schoolbank waar ik vroeger in plaats moest nemen en een schoolbord met de tafel van 2.
De school
Naast de school in hetzelfde gebouw kom je in de kosterswoning of onderwijzerswoning. Deze woning hoorde bij de Hervormde kerk naast het museum. Een deel van de woning dateert uit de 17e eeuw en een deel uit 1884.
In het achterhuis ligt en hangt het wasgoed. Het voorhuis is als keuken ingericht met een ouderwetse schouw en fornuis en schalen om te bakken. Het ziet er gezellig uit.
De kosterswoning
Het Vrouwe Fransens Gasthuis komt uit de stad Groningen. In Groningen worden de hofjes gasthuizen genoemd. Dit gasthuis dateert uit 1668. Hier vonden 5-10 alleenstaande, arme vrouwen onderdak. Dit gebouw stamt uit 1768. Sinds 1969 staat het gasthuis in het openluchtmuseum. Het huisje is gezellig ingericht, het servies en de kraantjespot staan op tafel en het is net of er iemand zijn leesbril op tafel heeft gelegd en bij zijn boek is weggelopen. Het spinnewiel nodigt uit om wol te spinnen en de pot met heet water hangt boven het vuur.
Het gasthuis
Buiten staan de broodkar en de waterput.
De kroeg en kruidenier zijn in één pand gevestigd. De dorpskroeg, Bie Koboa is een dorpskroeg en een winkeltje. Deze panden zijn ingericht zoals ze er rond 1850 uitzagen. Het gebouw is genoemd naar de laatste uitbaatster, Jacoba Werkema.
De kroeg is ingericht met een paar kleine tafels aan de zijkanten en een stamtafel in het midden. In de kroeg staat een kist met hengsels in de vorm van een houten rugtas. Dit is een marskraam of een kiep in het Gronings. Vanuit de marskraam verkocht de marskramer kleine huishoudelijke artikelen. Dit deed hij om langs de deuren te gaan en zo zijn waar te verkopen.
In het winkeltje zijn producten te koop die nu ook nog wel verkrijgbaar zijn of de ouderen onder mijn lezers zich ook nog wel kunnen herinneren van vroeger, zoals sunlight zeep, blikken met honig bouillon blokken, tabak, Droste cacao of roompudding van A.J.P. In de kamer er naast is een kamer ingericht, met een tafel, een kachel en een ouderwetse bedstede. Ik moet er niet aan denken om daar in te moeten slapen. Want languit liggen kun je niet.
De kroeg
De schuur was vroeger een werkplaats. Buitenom het kleine zwarte houten gebouw zie je een duiventil. Het gebouw doet dienst als opslagruimte voor het museumrestaurant.
Een leuk huis is de veeartsenij, Een woonhuis met de praktijk, stallen, koetshuis voor de eerste rijksgediplomeerde veearts van Warffum in 1887. Zijn naam staat nog op het naambordje een de buitenkant: Kornelis Laméris. In de praktijkruimte zie je nog de tafel waar de veearts kan studeren en dingen kan opzoeken, een medicijnkast (‘vergiftkast’ of ‘medicijnopstand’) en in het koetshuis staat zijn koets klaar om naar een boerderij met ziek vee te vertrekken. In de vitrines liggen instrumenten die de veearts nodig had om zijn beroep te kunnen uitoefenen.
De veeartsenij
In de oude gymzaal en kleuterschool (bewaarschool) uit 1903 is nu museumrestaurant Het Spijslokaal gevestigd.
In de kleuterschool/bewaarschool werden jonge kinderen van 4-6 jaar opgevangen om op speelse wijze kennis te maken met het onderwijs. De Bewaarschool werd later de kleuterschool en nog weer later werden het de eerste twee jaren van de basisschool.
In de Gymzaal is nu het Auditorium is gevestigd. De gymzaal is op initiatief van de gemeente gebouwd. Leerlingen van de openbare lagere school en de christelijke lagere school maakten gebruik van deze gymzaal.
Op het schoolpleintje aan de achterkant staan nog stelten, blokken en er ligt een hinkelbaan.
Ik mis hier de sfeer van het oude schoolgebouw. Het gebouw ziet er van binnen modern uit. De buitenkant is wel te herkennen als een oud schoolgebouw. Er is een terras van het restaurant in de tuin. Ook zonder het museum te bezoeken kun je in het restaurant genieten van een hapje en drankje. Ernaast is een hypermodern en schoon toiletgebouw gebouwd.
Museumrestaurant Het Spijslokaal
Het TBC-huisje werd vroeger gebruikt als lighuisje voor tbc-patiënten. Het huisje draaide mee met de zon. Het huisje dateert uit het begin van de 20e eeuw en komt uit Woldendorp, een dorp op het platteland van Groningen. De TBC-huisjes waren als een bouwpakket te huur of te koop bij het Groene Kruis. Patiënten verbleven lange tijd in het huisje om aan te sterken en uit te rusten. De kleine ruimte met openslaande deuren bevat een ligbed/-stoel met deken en een wasbak met kom om de patiënten te wassen. TBC werd tot halverwege de vorige eeuw behandelt met rust, zonlicht, frisse lucht en aangepaste voeding. Daarna werd de ziekte met antibiotica behandelt.
Het TBC-huisje
Voor het TBC-huisje staat een babyhuisje. Dit is een houten huisje waar jonge kinderen overdag buiten in konden slapen. Het bouwsel lijkt op een konijnenhok. Maar in plaats van tralies kijk je door horregaas. Deze babyhuisjes komen oorspronkelijk uit de provincie Groningen, maar ook niet overal, want mijn moeder kende dit, in tegenstelling tot mijn vader, niet van vroeger. Zij dacht inderdaad een keer dat er een konijnenhok bij iemand in de tuin stond.
Het babyhuisje
De drukkerij en woning zijn gebouwd in 1910. Dit huisje komt uit het nabijgelegen Den Andel. In de drukkerij zie je de kasten waar de letters voor het drukwerk worden opgeborgen. In het naastgelegen kleine huisje staat het eten op tafel en kun je na het eten orgel spelen. In de keuken zie je nog een ouderwetse waterpomp.
De woning bij de drukkerij
Een privaat is een chique woord voor een toilethok met ton. Een toilethok stond vaak achterin de tuin. Er was nog geen aansluiting op de riolering waardoor een privaat op het platteland heel gewoon was. Andere woorden zijn poepdoos, ’t huuske/hoeske (het huisje) en schietgemak. Zal ’s winters lekker koud geweest zijn om elke keer naar buiten te moeten om je behoefte te doen.
Het woonhuis met de schilderswerkplaats ‘De Vaarverij’ dateert uit 1850. Het huis en de werkplaats zijn ingericht zoals ze er in de tweede helft van de 19e eeuw uit zagen. In de werkplaats potten met allerlei kleuren waar verf gemaakt kan worden en gereedschappen.
Het huis bij de schilderswerkplaats
Dit huis werd in 1923 gebouwd als slachtlokaal. Na de Tweede Wereldoorlog werd het gebouw ingericht als viswinkel. Nu is het een smederij en een fietsenwinkel uit ongeveer 1917 met een smidsvuur, gereedschappen, een hoefstal en een kleine fietsenwinkel waar ik bekende fietsenmerken als Fongers Fietsen zie. De werkplaats is compleet ingericht. Een wiel staat klaar om gemaakt te worden.
De smederij
Het washok werd vroeger gebruikt als inpandig privaat (toilet). Het washok hoorde bij de burgerwoning. Nu liggen hier ouderwetse boenmiddelen om de was te doen. Vroeger wist men niet anders, maar moet er niet aan denken om alle was met de hand te moeten schrobben.
Achter het washok ligt de burgerwoning. Dit is een twee-onder-één-kap woning uit 1909. Vanaf 1923 woonden er twee gezinnen in deze twee woningen. Dit huis is mooi ingericht met mooi servies in de kast en er wonen kinderen want de kleurplaat en een spelletje liggen op tafel. In de hoek van de kamer staat een kinderstoel.
Het dijkhuis is een dubbelkops-woning uit 1861. Het huis stond vroeger in het dorp Termunterzijl. Het zijn twee woningen die tegen de oude zeedijk liggen. Het huis is nu deels ingericht als zeemanshuis en dat is te zien aan de inrichting. Het andere deel van het huisje is ingericht met een tentoonstelling over het waddeneiland Rottumeroog.
Het dijkhuis
De Joodse slagerij, Het Huis Markus, is gevestigd in een dubbel woonhuis uit 1834. De slagerij en winkel werd hier rond 1900 gevestigd. In het huis zie je duidelijk dat het een slagerij is en ook joodse voorwerpen, zoals een chanoeka zijn hier te zien. Het is de voormalige woning van de joodse koopman Abraham Markus. Rond Warffum waren rond 1900 vier joodse slagerijen en dit is er één van.
De woning bij de Joodse Slagerij
De stookhut is helaas niet toegankelijk. Deze stookhut is afkomstig is uit Faan, in het Groninger Westerkwartier. Het was een bijgebouw van een boerderij. Het vuur werd brandende gehouden voor het koken en de was. De stookhut staat voor de Joodse Slagerij.
Deze kleine zaagmolen uit 1890 is een proefmolen uit het Groningse dorp Thesinge. Door de kleppen op de wieken blijft het toerental van de molen constant. De kleppen gaan door de wind verder open of dicht. De molen is niet toegankelijk. Je kunt wel even naar binnengluren. Binnen is te zien dat de molen als zagerij in gebruik was.
Voor de molen hangen chique onderjurken met kant aan de waslijn.
Molen De David
Dit is een schuur uit de 19e eeuw uit Oterdummerwaarven (bij Delfzijl). Hier werd de was gekookt en eten gekookt. Daarna werd deze schuur als werkplaats en tuinschuur gebruikt. De wastobbe en de vuurplaats zijn nog te zien.
De éénkamerwoning is een arbeidershuisje uit 1820. Hier woonden vroeger dagloners en landarbeiders. In de winter werd hier geweven, wol gesponnen, gewassen en kleding hersteld. Het weefgetouw en de spinnewiel staan in het kleine huisje. Je ziet alleen het achterhuis. Het voorhuis is niet te bezichtigen.
De eenkamerwoning
Op het terrein staat een woonwagen uit 1920. Deze woonwagens werden gebruikt door rondreizende handelaren, stoelenmatters en scharenslijpers, die overal in de provincie hun diensten aanboden. De gemeente bood de rondreizende mensen een standplaats voor een paar dagen en daarna moesten ze verder trekken. Het ziet er nu uit als een pipowagen. Binnen staat een tafel en een kachel en achterin, achter een paar deuren is een matras op de grond geplaatst om te kunnen slapen.
De woonwagen
In de stal uit 1841 worden nu gereedschappen getoond. Ook staat hier een ouderwetse brandweerauto, een koets en een slee. De stal werd vroeger door de gemeente gebruikt om uitgebroken vee op te vangen (te schutten).
De stal met de brandweerwagen
Ik verblijf bij mijn ouders in Groningen. Samen met mijn moeder bezoek ik Openluchtmuseum Het Hoogeland in Warffum, nog geen half uur rijden van mijn ouderlijk huis. Mijn moeder heeft het museum vaker gezien. Voor mij was het de eerste keer dat ik dit museum bezocht. Het is voor ons een herontdekkingstocht, want veel dingen herkennen we van vroeger. Mijn moeder nog veel meer dan ik.
Openluchtmuseum Het Hoogeland is een aanrader met zijn 22 huizen en gebouwen uit grootmoeders tijd die het leven op het Groningse platteland weergeven. Je waant je in het jaar 1900 maar veel dingen zijn na die periode nog lang in gebruik gebleven.
Een leuk museum voor een middagje geschiedenis over Groningen en het leven op het platteland.
Fotograferen in de huisjes is moeilijk vanwege het licht en tegenlicht door de ramen. En ook omdat alle woningen bij de deuren van de verschillende ruimtes zijn voorzien van hekjes zodat je geen kamer in kunt lopen om details beter te fotograferen.
Ik houd van dit soort musea en heb in het verleden meerdere van dit soort musea bezocht, zoals op Texel: Kaap Skil Museum in Oudeschild, de Oudheidkamer in Den Burg en het Cultuurhistorisch Museum Texel in De Waal.
Het huis bij de kruidenier en kroeg
Museumrestaurant Het Spijslokaal
Warffum is met de auto en het openbaar vervoer bereikbaar.
Openluchtmuseum Het Hoogeland is in de periode van april tot november geopend van dinsdag t/m zaterdag van 10.00 – 17.00 uur en zon- en feestdagen van 13.00 – 17.00 uur.
Museumrestaurant Het Spijslokaal: dinsdag t/m zondag: 10.00 – 18.00 uur.
Van november t/m maart is het museum geopend op zaterdag van 10.00 – 17.00 uur en op zondagen van 13.00 uur – 17.00 uur.
Openluchtmuseum Het Hoogeland is gesloten op 25, 26 en 31 december en op 1 januari.
De openingstijden en entreeprijzen
Je bent in Openluchtmuseum Het Hoogeland in Warffum welkom zonder reservering!
Volwassenen: € 8,– per persoon.
Kinderen van 6 t/m 17 jaar: € 3,50 per kind.
Kinderen 0-5 jaar: gratis.
Museumkaarthouders: gratis.
(Prijzen zijn van 2021).
Openluchtmuseum Het Hoogeland
Schoolstraat 4
9989 AG Warffum
Heb jij nog een goede museumtip? Laat het me weten.
Welkom op de website van JTravelBlog. Mijn naam is Jaquelien, het gezicht achter de website JTravelBlog en ook achter JTravel. Geboren en getogen in het hoge noorden van Nederland, voor mijn studie Toerisme verhuisd naar Breda en daarna vanwege werk verhuisd naar het westen van Nederland. Een plek waar ik tot op heden nog altijd woon.
Ik neem je mee mee op reis naar verre oorden en dichtbij met reisverslagen en informatie over bestemmingen en geef je reisinspiratie en handige reistips. Ga je mee op pad?
Geen reacties
Geef een reactie